06 - Alpes-Maritimes (regio: Provence-Alpes-Côte d’Azur)

 

Mijn eerste ontmoeting met Frankrijk en Alpes-Maritimes was in januari 1962 (ik was nog net geen 1 jaar oud), om precies te zijn in Menton op camping Palmosa.

Dit was het begin van heel wat kampeeravonturen in Menton en omgeving, die meestal plaatsvonden in de Paasvakantie, zoals we die toen hadden. Het was altijd heerlijk voorjaarsweer in citroenstad Menton. Een prachtig, voormalig Italiaans havenplaatsje aan de Côte d'Azur, ingeklemd tussen Monaco en de Italiaanse grens. Camping Palmosa verdween toen ik ‘n jaar of 6/7 was en we huisden daarna op een heerlijke terrassencamping met heel veel hagedissen op de terrasmuurtjes en een enorme palmboom pal naast de receptie. De naam ben ik helaas vergeten, maar het was een prima plek om te spelen voor ons als kinderen. Wandelen kan hier ook, bijvoorbeeld langs de kust van Menton naar Monaco... een pittige tippel over rotsachtige paadjes, die ik ooit samen deed met mijn vader. Of we wandelden de berg op naar Ste. Agnès.

Behoorlijk mis was het toen mijn broertje van 6 struikelde in het park van Monaco en daar in het ziekenhuis terecht kwam met een gat in zijn hoofd. Mijn ouders moesten hem zelf verzorgen en eten geven, want dat deed men niet in het ziekenhuis anno 1969. Geen idee of dat nog steeds zo is.

De terrassencamping werd helaas in de jaren ‘80 opgeofferd aan de voortschrijdende hoogbouwappartementen. Uiteraard leverde dat toeristisch gezien meer op.

En die toeristen kwamen er steeds meer en meer. Ik vond het echt niet meer fijn, toen ik in augustus 1984 met vriend Perry die kant weer eens op ging. We stonden op een camping hoog boven Menton, harinkje in harinkje met de buren en in de omgeving reden we alleen maar in file. Na 1 nacht zijn we gevlucht naar camping Parc des Arboins in St. Vallier-de-Thiey, net boven Grasse aan de route Napoléon. Ik ben daarna heel lang niet meer in Menton geweest.

Pas in juni 2004 heb ik weer eens een bliksembezoek gebracht, want door slecht weer, zijn we daarna gevlucht naar Italië.

In juni 2017 begon er toch weer wat te kriebelen. We kampeerden in Les Issambres in de Var aan de kust. De azuurblauwe zee riep jeugdherinneringen op en op een zonovergoten dag reed ik de tolweg op om te eindigen in Menton en terug te rijden langs de kust. Eindelijk kon ik weer volop genieten van “mijn” Menton, de haven, de zee, het oude stadje en de markt. Daarna herinneringen opgehaald in de smalle straatjes van Rocquebrune, waar op Goede Vrijdag altijd de Processie (lijdensweg van Jezus) nagespeeld werd, waarbij dan de nauwe straatjes verlicht werden door escargotshuisjes gevuld met olie en lont. De Olivier Millénaire hebben we ook weer eens aanschouwd. Een olijfboom met grillige wortels van ruim 2000 jaar oud!

In Èze hebben we genoten van een duur glaasje wijn met een onbetaalbaar uitzicht over de azuurblauwe zee. Ook hier smalle straatjes om in te verdwalen.

Uiteraard moest ik ministaatje Monaco ook nog laten zien aan mijn partner Rob. Het is natuurlijk geen onderdeel van Frankrijk, maar dat boeit me niet. Ik ben vernoemd naar prinses Gracia en dus een beetje verbonden met Monaco ;-) Helaas vind ik het hier niet meer zo sprookjesachtig en mijn partner was ook niet echt enthousiast over de betonnen blokkendozen, die samen met de wegen elke millimeter van het staatje bedekken.

Wij volgden de Corniche Moyenne, waardoor we La Turbie hoog boven Monaco aan de Grande Corniche hebben gemist. Uiteraard heb ik dit bezienswaardige stadje met Romeinse overblijfselen, waaronder de Trophée des Alpes (oude grens) al eerder bezocht. Het heeft ook het meest mooie uitzicht over Monaco en de Côte d'Azur. Er bestaat ook nog een Petite Corniche, deze volgt de kustlijn.

In hoofdstad Nice (vanaf Gouda ca. 1350 km) heb ik langs de kust en dus over de Promenade des Anglais gereden. Mooi, maar dit kostte wel veel tijd, want ja, druk verkeer natuurlijk.

Die vakantie ben ik ook nog in La Napoule (naast Cannes) geweest en we hebben vooral het kasteel bezocht, dat mooi aan zee ligt te pronken. Ook daar lagen herinneringen (lees: bewaarde foto's) uit mijn babytijd.

De hele kust is eigenlijk bezienswaardig in de Alpes-Maritimes. Plaatsen als Cannes (filmfestival), Juan-les-Pins (dure villa's), Antibes (bloemen en jachthavens), Cap Ferrat (vuurtoren) stelen ook de show.

Maar we hebben ook nog de zeealpen in dit departement. Het achterland van de kust. Boven Menton kan je bijvoorbeeld heerlijk wandelen naar interessante plaatsjes als Ste. Agnes en Gorbio.

Sospel, Gourdon, Vence, St. Paul de Vence, Peille en Peillon zijn ook het bezoeken waard. Zelf heb ik nog de Train des Merveilles op de bucketlist staan. Deze trein gaat van Nice naar Tende, hoog in de bergen bij Italië en schijnt wonderlijke valleien prijs te geven.

In Grasse is er een parfumindustrie. De parfumhuizen zijn te bezoeken, ik kocht mijn eerste geurtjes ooit bij Fragonard.

Parc National de Mercantour in het noorden is ook prachtig, al kan ik daar persoonlijk  niet veel over zeggen, want ik herinner me niets hier. Het staat ook op die wensenlijst.

Er zijn ook nog wat wintersportgebieden bij Auron, Isola 2000 en Valberg. Valberg heb ik wel bezocht in 1991 toen we een rondje deden via de prachtige Gorges du Cians en Gorges de Daluis. De kasteelruïne van Guillaumes namen we en-passent ook nog mee.

Plaatsen zoals Saorge, Le Boréon en St. Martin-Vésubie moet ik ooit nog eens gaan ontdekken.