07 - Ardèche (regio: Auvergne-Rhône-Alpes)

 

De Ardèche is geliefd bij veel Nederlanders en dan vooral de Gorges de l’ Ardèche. Maar die kloof ligt helemaal in het zuiden van nummer 07 en dit departement heeft nog zoveel meer. Ik ben er zelf in 1971 voor het eerst geweest en daarna nog zeker vijf keer, in 2018 voor het laatst.

Laten we maar eens beginnen in het uiterste zuidoosten. Bij Pont-St.Esprit en de monding van de Ardèche in de Rhône, rijden we via de D6086 nummer 07 binnen in westelijke richting. Via de D290 kom je in St. Martin-d' Ardèche, dat een prachtige hangbrug heeft naar de overkant: Aiguèze. Die plaats is zeker het bezoeken waard, want het ligt zeer fotogeniek aan de rivier, zag ik onlangs nog in 2016.

Even verderop beginnen de kloof en de meanders, gelardeerd met grotten en picknickplekken. Fantastisch om te zien vanaf de vele uitzichtpunten langs de weg. Het is ook overweldigend om de Gorges lager te bekijken vanuit een kano, al moet je dan wel goed opletten op stroomversnellingen. In 2016 besloten wij om dat weer eens te doen. Het was al in 1989 dat ik het voor het laatst op deze rivier deed. We konden nog net 7 kilometer pakken, omdat het bijna siëstatijd was, anders konden we niet meer weggebracht worden. Met lunchtijd moet je altijd rekening houden in France, zeker als het geen hoogseizoen is. Na een summiere uitleg trokken we de kano en onszelf de rivier op. We moesten even oefenen om erin te komen, ik had met Rob nog nooit gepeddeld in een kano, maar die tijd werd ons niet gegund. Binnen 100 meter was daar al de eerste stroomversnelling en voor ik 't wist zat ik achterstevoren met de kano op een rots. Rob was er al uitgestapt  (lees: gevallen, maar dat geeft hij niet toe) en wist uit alle macht te voorkomen, dat ik kopje onder zou gaan. Enfin, een goed begin ....... verder verliep het prima (dachten we). Het was goed toeven op het water met 35 graden C. We legden even aan om de beroemde Pont d' Arc te kieken en even te zwemmen. Kanovaren is een aanrader! Maar beter wel goed voorbereid doen, want Rob heeft ruim een half jaar moeten genezen van een peesblessure, die hij dus van die klap op de rots heeft opgelopen! Ouwe mensen kan je ook echt niet meer alles laten doen hè ;-)

De Gorges zijn heel erg toeristisch en zeer aantrekkelijk, dus het kan er in het hoogseizoen erg druk zijn. In juni is het nog het goed te doen in ieder geval.

Bij Salavas/Vallon Pont d' Arc is de rivier weer wat rustiger en we volgen de D579 naar Ruoms en komen bij het défilé langs de Ardèche. Het woord zegt het al: filevorming langs hele steile wanden naast de rivier ;-) Maar wel indrukwekkend!

Ook erg ontzagwekkend zijn de plaatsjes Balazuc, Rochecolombe en Vogüé. Pareltjes!

Via Aubenas en het kasteel uit de 11e eeuw, volgen we de rivier verder naar het westen. Mensen met suikerziekte wordt aangeraden om even te kuren in Val-les-Bains. Ik heb 't meestal niet zo op die kuuroorden, want ik heb altijd het gevoel dat je daar niet mag lachen. Dus sla ik meestal de -les-Bains over.

Heel eerlijk gezegd, ken ik dit gebied niet, maar ik was nieuwsgierig waar de bron van de Ardèche zich bevindt en dat is nog een kilometer of 40 westwaarts in het Fôret de Mazan, te bereiken via smalle weggetjes voorbij Montpezat en de abdij van Mazan. Lijkt me leuk om daadwerkelijk een keer te onderzoeken.

Een dertigtal kilometers ten noorden van de bron zien we 2 ex-vulkanische puisten in het landschap: Mont Gerbier de Jonc  (1551 m.) en Mont Mézenc (de hoogste van dit departement met 1753 m.). De eerste is te beklimmen en op de andere kan je wandelen.

Ik bezocht ooit in een ver verleden de bron van de Loire, die nabij Gerbier de Jonc ontstaat. Een inimini stroompje in het gras. Ik verwachtte er bijna kabouters bij. Bijna niet voor te stellen dat zoiets een grote brede rivier kan worden.

Iets ten zuiden hiervan is de cascade de Ray-Pic. De rivier de Bourges glijdt hier over een lavastroom van 35.000 jaar oud naar beneden. Deze waterval heb ik kennelijk gemist, dus die staat nu op mijn to-do-list.

Hemelsbreed 25 km naar het oosten ligt Privas de hoofdstad, bekend van de gekonfijte kastanjes èn bijna het middelpunt van de Ardèche. Privas ligt op ruim 1000 km van Gouda by the way. Hier ergens ervaar ik die milde uitstraling die de Ardèche voor mij heeft: heuvels en struiken met een intens blauwe lucht. Van daaruit gaan we verder naar het noorden, naar Lamastre dat een toeristentreintje heeft “Le Mastrou” van en naar Tournon-s-Rhône, langs de oude spoorlijn “Vivarais” (gelijknamige streek). Eveneens loopt daar een Vélorail over 12 km langs de Gorges du Doux. Dit moet je zien als n auto'tje rijdend over het spoor... Het ziet er leuk uit!

Negen km noordwestelijk van Lamastre ligt Château de Rochebloine, een ruïne met 2 sterren volgens Michelin en ca. 9 km zuidwestelijk daarvan ligt St. Agrève met eveneens 2 sterren.

Op de Michelinkaart zie ik ook nog Corniche de l' Eyrieux. Dit moet een mooi groene en ongerepte bestemming zijn met 3 sterren... Pfff, die to-do-list wordt al maar langer.

Dan hebben we verder nog het Bois de Païolive bij Les Vans ( een mysterieus bos met mooi gevormde rotsen), Joyeuse (historische straten) en Largentière (tot 1983 bekend van de zilvermijnen, zoals de plaatsnaam al doet vermoeden) en helemaal in het noorden ligt een plaatsje Champagne... nog nooit van gehoord ;-)

Het leuke plaatsje Largentière bezocht ik in 1989 en ook de omgeving heb ik op mijn geweten. Ik deed de Col de Meyrand (mooie vergezichten en veel rotsige blokken) op de D24 na Loubaresse en Peyre op de D4. Fraaie omgeving! De Ardèche is dus echt veel meer dan alleen die rivier in het zuiden!