58 - Nièvre (regio: Bourgogne-Franche Comté)

 

Eén van mijn leukste herinneringen aan Nièvre is de zomervakantie in 1976. Als 15-jarige hangjongere hing ik rond in de speeltuin op de camping in Chevenon, dat schuin onder hoofdstad Nevers ligt. Ik kreeg gezelschap van een paar plaatselijke knullen, waaronder een knappe look-a-like van Julien Clerc. Ik was op slag verliefd! Hij vond mij gelukkig ook leuk en we hebben een paar flirterige en spannende knuffeldagen gehad, waarin ik ook mijn eerste Gauloisessigaret rookte. Dat laatste (uche, uche) was iets minder geslaagd! Helaas moesten mijn ouders en dus ook een tegenstribbelende moi, weer een keer naar huis en dat was meteen het einde van mijn eerste Franse liefdesavontuur. De betreffende camping kan ik nu niet meer vinden, dus die zal opgedoekt zijn. Chevenon ligt aan het kanaal, dat parallel loopt met de rivier de Loire en bezit een parmantig kasteel van eind 14e-eeuw. Aan de overkant van La Loire ligt Imphy, waar wij (mijn ouders, twee broertjes en ik) soms badderden en speelden aan de oevers van de rivier.

Prefectuur Nevers ligt hier vlak bij en is ongeveer 700 km verwijderd van huis. In één dag goed aan te rijden dus. Èn hier vinden we wel een camping, mooi gelegen aan de Loire. Goed om van hieruit in een kleine week, dit departement te ontdekken. Nevers, dat al gesticht is in 52 v.C., heeft een prachtige kathedraal St. Cyr et Ste. Julitte uit de 10-16e-eeuw, die zwaar beschadigd werd in WO II, maar inmiddels weer is hersteld. Het hertogelijk paleis, Palais Ducal, is een plaatje om te zien. Bezienswaardig is ook nog de kapel Ste. Marie, dat resteert van een klooster. Porte du Croux is een restant van de vesting van Nevers en hierin zit nu een archeologisch museum.

Net ten zuidwesten van Nevers sluit rivier Allier aan op de Loire. Beiden vormen ze de westelijke grens van Nièvre. We volgen de Loire stroomafwaarts naar het noorden en komen terecht in het middeleeuwse La Chârité-sur-Loire. Het heeft een eveneens middeleeuwse brug over de Loire en een beauté van een priorij uit de 11e-eeuw dat op de Unesco-Werelderfgoedlijst staat. Het heeft een prachtige Bourgondisch/Romaanse stijl in de orde van Cluny. En, waarom ook niet, het staat op de bedevaartroute naar Compostella. En voor rust in de natuur kan je ten oosten van deze plaats het Fôret des Bertranges bezoeken, dat voornamelijk uit eikenbomen bestaat. Verderop vinden we Pouilly-sur-Loire, gelegen tussen wijngaarden en beroemd om de Pouilly Fumé-wijnen van de Sauvignon Blanc druif. We proeven een koel glaasje van de knisperend droge witte wijn op een zonnig terras in dit gezellige historische wijndorp. Santé!

We passeren Tracy-sur-Loire met zijn wijnkasteel en Cosne-Cours-sur-Loire met mooie kerken, Loire-museum in oud klooster, bisschoppelijk paleis en restanten van kasteel. Hierna nemen we afscheid van de machtige Loire en reizen via de D955 naar St. Amand-en-Puisaye in het noordwesten van departement 58. Deze plaats is bekend om zijn ambachtelijke aardewerk en een renaissancekasteel.

40 km naar het oosten ligt de gezellige stad Clamecy aan de rivier Yonne en het kanaal Nivernais. Voor mij vaak een doorreisplaats op een verticale route door Frankrijk en in 2018 heb ik daar een nachtje gelogeerd in een hotel. In 1978 heb ik er gekampeerd met mijn familie en caravannetje Calimero. We hebben er ook Bourgondisch gegeten, een rondje om de prachtige kerk Collegiale St. Martin gelopen en in de historische straatjes gewandeld. Clamecy stond bekend om de houttransporten over de Yonne naar Parijs. De bomen kwamen uit het natuurgebied Morvan, dat gedeeltelijk in het oosten van Nièvre ligt.

Onderweg naar dat Parc Naturel Regional du Morvan bezoeken we Bazoches en het huis van de bekende middeleeuwse (forten)bouwer Vauban, dat dus een kasteel is. En deze is zo supermooi, dat dit château ook nog weleens figureert in films. We duiken onder in het charmante, prachtige Morvan met zijn heuvels, meren en valleien. In 1991 was ik er in het voorjaar met koud weer en in het najaar met prachtig weer. Je moet een beetje mazzel hebben in dit gebied, maar genoten hebben we beiden keren wel. Onder andere van Lac de Pannecière-Chaumard, Lac des Settons, Saut du Gouloux (waterval in rivier de Cure), de rust, het groen en de vriendelijke dorpjes.

Château-Chinon ligt ook in de Morvan en hier heeft Mitterand, die hier in de vorige eeuw burgemeester was, een eigen museum (du Septennat) in een voormalig klooster. Maar indrukwekkender vind ik het uitzicht bovenin de stad bij de calvaire. Je kijkt hier ver over de Morvan en de daken van Château-Chinon.

Luzy in het zuiden van de Morvan leent zich prima voor een lunch op een terrasje en een bezoek aan de Mairie. Want daar hangen in de erezaal acht 18e-eeuwse wandtapijten met een bijbelse voorstelling van Esther, die als historisch monument zijn geklasseerd. Prachtig!

We rijden verder langs de zuidgrens van dit departement en bezoeken in Ternant de Saint Roch kerk, waar heel bijzondere altaarstukken te zien zijn uit de 15e-eeuw.

Zo’n 30 km verderop arriveren we in vestingstadje Decize en ontmoeten we de Loire en het Canal du Nivernais weer. De laatste begint hier en loopt helemaal door tot aan Auxerre in een ander departement. Decize ligt eigenlijk op een rotseiland in de Loire en deze omvat ook het Canal du Nivernais, rivier de Aron, Veille Loire en het Canal Latéral á la Loire. Je kan je wel voorstellen dat er vele bruggen zijn om over al dit water heen te komen. Langs het Canal du Nivernais kun je kilometers lang fietsen en wandelen op de oude jaagpaden. We kiezen ervoor om een stukje langs het Canal te fietsen. Leuk om te doen!

Rest ons nu nog slechts het centrum van nummer 58. We toeren met de auto over de kalkheuvels, zien vele Charolais runderen in het heuvelachtige landschap. En we bezoeken onder andere nog het plaatsje Prémery met z’n interessante kerk en kasteel.

Bovenop Butte de Montenoison picknicken we ‘panoramaal’ op ruim 400 meter hoogte en genieten van een klokkentorenruïne, kasteel en een laatste blik op dit 58e departement. Formidable!