60 - Oise (regio: Hauts-de-France)

 

In 1992 logeerden we bij Jean-Jacques Rousseau in Ermenonville. Niet in het kasteelhotel, waar hij is overleden in 1778. Maar wij  (ex WJ, ik en hond) hadden ons tentje neergezet op de camping, die vernoemd was naar J-J. Kennelijk is die camping nu opgegaan in het kasteelpark of in het naastgelegen pretpark La Mer de Sable, want inmiddels is deze onvindbaar. Ik herinner me wel een parkachtige omgeving midden in de bossen van Ermenonville. We waren daar omdat we daar in de buurt met een schoonheidswedstrijd voor Mechelse Herders meededen. Dat deden we in Nederland weleens voor de fun en dan gooiden we hoge ogen met onze knapperd, maar in France had men, uiteraard, heel andere ideeën over wat jolie was of niet. Geen prijs dus deze keer, met de staart tussen de benen dropen we af.

Dan maar wat leuke Franse dingen doen in het zuiden van dit departement op, pak ‘m beet, 50 km boven Parijs en iets van 400 km van mijn huis. Het wemelt hier van de abdijen en kastelen in de bossen. We bezoeken Abbaye de Chaalis of wat er voor prachtigs van over is. Erbij ligt een kasteel uit de 18^e-eeuw, dat tegenwoordig museum is en onder andere werken toont van de daar laatst wonende kunstschilderes. Ietsje verder naar het noorden ligt nog een abdijruïne, die van De la Victoire in Senlis. Voor Senlis mag je wel een hele dag uittrekken by the way. Je raakt hier maar niet uitgekeken, tenminste als je van historie en oude gebouwen houdt. Je vindt hier onder meer de oudste stadsomwalling van Frankrijk, waarschijnlijk uit de 3^e-eeuw. Er zijn ook nieuwere muren, die dateren uit de 12^e t/m de 16^e-eeuw. Verder kan je je vergapen aan een amfitheater uit de 1^e-eeuw, oude kerken (St. Frambourg en St. Pierre), voormalig bisschoppelijk paleis (nu museum), restanten van kloosters, een kasteel en nog veel meer. Een bezoekje aan de VVV kan handig zijn in deze veelzijdige plaats! Ongeveer 10 km ten zuiden van Senlis ligt Parc Astérix. Mijn held uit de gelijknamige stripboeken. Ik had graag een keer een kijkje willen nemen in dit pretpark, maar het is er nog niet van gekomen.

Chantilly ligt evenals Senlis ongeveer in het hart van het Regionale Natuurpark Oise en is omgeven door verschillende mooie bossen. Men heeft hier niet de crème chantilly uitgevonden, al doet er wel een vaag verhaal de ronde. Maar Chantilly is wel de hoofdstad van de volbloedpaarden. Er zijn dus ook diverse stallen en een mooie renbaan. Daarnaast is het beroemd om het bijzonder mooie kasteel, waar koninklijke paardenstallen, een paardenmuseum en prachtige tuinen toe behoren. Er is eigenlijk een Grand en een Petit Château, respectievelijk uit de 19^e- en 16^e-eeuw. Boven Senlis ligt het Fôret d’ Halette en aan de noordelijke rand daarvan, bij de glinsterende rivier de Oise bezoeken we Abdij du Moncel. Schitterend!

We wisselen dit weer af met het, geheel gerestaureerde, kasteel van Pierrefonds uit de 12^e-eeuw in het westen van nummer 60. Ik was hier in 1998 op pad met een huisgenote, inmiddels een echtgenoot en hond armer. Gelukkig had zij ook een hond. Met hen heb ik ook rondgewandeld in de uitgestrekte bossen van Compiègne. Je vindt hier diverse open plekken, waar pleinen van zijn gemaakt met kaarsrechte, uitwaaierende paden. Dit had iets te maken met de jachtdrift en de gekkigheid van de koningen van France. Op één van die bospleinen, het Clairière de l’ Armistice genoemd, loopt een spoor. Op dat spoor stond ooit in 1918 een wagon, waar de wapenstilstanden werden ondertekend in november 1918 (einde WO I) en in juni 1940 na de Slag om Frankrijk. Indrukwekkend!

In het noordoosten ligt Noyon, dat in WO II behoorlijk gesloopt is. De Notre Dame kathedraal is zeker wel een bezoekje waard en heeft een imposant voorportaal en machtige torens. Onder Noyon ligt nog een parel van een abdijruïne uit 1129 in de vallei van de rivier de Oise en naast het Fôret d’ Ourscamps.

Het noorden van Oise is vooral lieflijk met veel landbouw en veeteelt, dus daar kan ik kort over zijn. In het noordwesten kan je in het plaatsje Gerberoy wel weer aan je trekken komen, vooral als je van rozen houdt. Het is één van de Plus Beaux Villages en echt om van te genieten als je er doorheen wandelt. Wel ben je snel klaar, want er zijn nog geen 100 inwoners te tellen hier.

We eindigen in préfecture Beauvais links van het midden van dit departement dat slechts 100 bij 60 km meet. Beauvais bezit de hoogste gotische kathedraal van de wereld (ruim 48 m. hoog uit de 13^e-16^e-eeuw). Gek detail: het schip mist. Omdat men wedijverde om de hoogste kerk te bouwen en er onder andere een instorting was van een heel hoge toren, zag men dat als straf en is men gestopt met af- en weer opbouwen. Op de plek van het schip staat een restant van een oudere kathedraal uit de 10^e-eeuw. Klein duimpje is er niks bij! Grappig om te zien. Daarnaast zijn hier nog meer bezienswaardige kerken, een bisschoppelijk paleis, een goed bewaard hospitaalcomplex (Leprozen) uit de 12/13^e-eeuw en een tapijtmuseum. Bovendien heeft het een heel belangrijke luchthaven, de Paris-Beauvais-Tillé. Èn, vier keer per week is het hier marktdag. Dat is altijd leuk!