70 - Haute-Saône (regio: Bourgogne-Franche-Comté)

 

Ik ben toch zeker 82x in Frankrijk op vakantie geweest en heb nog steeds niet alles gezien. Dat blijkt wel weer, als ik het over departement 70 wil gaan hebben. Daar waar doorheen de net geboren rivier de Saône zich een weg banjert. Ik ken préfectuur Vésoul (op ca 650 km van Gouda) van naam en ik ben wel eens door Gray heengereden. Dommage, er is echt niets van blijven hangen. Hop, dan maar door naar nummer 71 in dezelfde regio, maar dan meer naar midden-Frankrijk, waar ik wel enige tijd heb doorgebracht.

 

71 - Saône-et-Loire (regio: Bourgogne-Franche-Comté)

 

Saône-et-Loire, de namen zeggen het al: vernoemd naar de rivier Saône, die dit departement door midden snijdt en de Loire, die zich in het zuidwesten een klein beetje roert. De eerste zorgt regelmatig voor overstromingen, omdat dijken, sluizen en stuwen ontbreken in deze rivier. Terugkomend van een wintersportvakantie heb ik dat in maart 2002 met eigen ogen gezien. En zoveel water is toch best eng. De twee rivieren zijn verbonden met elkaar door het Canal du Centre.

Bakken water kwamen er ook uit de hemel, maar dan in mei 2012, toen we met vijf vrienden een huis hadden gehuurd in dorpje Monthélon naast Autun in het noordwesten van dit departement. Gelukkig was dit maar een paar dagen, daarna werd het hartstikke mooi weer! Autun bestaat al sinds de eerste eeuw v.C., is een Romeinse stad geweest en was van grote religieuze betekenis in de middeleeuwen. De Romeinen lieten onder andere een theater, een poort en de tempel van Janus achter. Een prachtige kathedraal vertegenwoordigt de middeleeuwse tijd. Ietsje ten zuiden van de plaats staat op een heuvel het Croix de la Libération en daar heb je een fenomenaal uitzicht over Autun en omgeving. Ten westen van de plaats ligt een deel van het mooie groene Regionaal Natuurpark Morvan. Oostelijk zijn in ieder geval de kastelen van Sully en Couches de moeite van het bezoeken waard.

Als je naar het zuiden rijdt vanaf Autun en je pakt de D46 en daarna voorbij Mesvres de D228, dan rijdt je op een prachtig smal en snel stijgend weggetje naar het Signal d’ Uchon. Alweer zo’n fantastisch uitkijkpunt over het hele gebied. Ten zuidwesten daarvan, langs de D994 ligt het indrukwekkende, maar geheel onfranse Temple des Milles Bouddhas in een soort van au milieu de nul part. Bourbon-Lancy dat vlakbij met een natuurpark aan een heel klein stukje Loire ligt is een aantrekkelijk stadje, mede door een middeleeuwse wijk, een meertje en de kuuroorden, die zich daar bevinden.

We sturen verder over de D979 en de N79 naar Paray-le-Monial dat aan het Canal du Centre ligt. Het heeft een basiliek (Sacré Coeur), dat eigenlijk een verkleinde kopie is van de grootse abdij van Cluny. Verder kan je er een oude klokkentoren en een prachtig gemeentehuis in Renaissancestijl bekijken. Cluny zelf en de abdij liggen hier zo’n 35 km oostelijk van en deze plaats heeft inderdaad een indrukwekkende abdij uit het jaar 910. De orde van Cluny is heel bekend als kern van een kloosterhervormingsbeweging, dus die naam hoor je nog weleens in Frankrijk. De Haras National de Bourgogne is een paardenstoeterij, die onder Napoléon gesticht is in Cluny. Wij hebben ons in 2015 een paar dagen goed vermaakt in deze plaats, met op loopafstand de gemeentelijke camping. Alleen is deze gelegen langs het spoor van de TGV en dat was niet heel erg relaxt.

Berzé-le-Château ligt wat zuidelijker en is leuk om te zien, evenals Berzé-la-Ville. Het heeft een monnikenkasteel en -kapel met prachtige fresco’s.

Nog verder zuidelijk ligt Roche de Solutré, bekend omdat deze opvallend uitsteekt tussen de wijngaarden van de Mâconnais. De wijngaarden lopen zelfs door op de hellingen.

Hoofdstad Mâcon ligt hier dan ook vlakbij op de zuidoostelijke grens van dit departement. In deze Bourgondische plaats, op zo’n 800 km, wordt jaarlijks een grote Franse wijnmarkt gehouden. Lekker! Verder kunnen we hier onder meer diverse kerken bewonderen, waaronder de bijna geheel afgebroken kathedraal St. Vincent. Dat wat resteert vind ik nog steeds mooi. Beter dan de nieuw gebouwde gelijknamige kerk. Er is ook een hospice (de la Charité), dat nog een vondelingenluik heeft en dat schijnt niet veel meer voor te komen in Frankrijk. Ook de oude brug (Pont St. Laurent) uit de 11^e-eeuw is zeer bezienswaardig, evenals de jachthaven. Gastronomisch kom je hier ook aan je trekken, al moet ik dat nog eens uit proberen.

We volgen de Saône nu naar het noorden en treffen Tournus. Een leuk middeleeuws stadje, waar we in 2020 overnachtten in een hotel. Het was de laatste week van september en er was een noordenwind opgestoken. Wat was het daar koud en nat met 10 graden. Maar het mocht de pret niet drukken, Rob en ik waren alle C-maatregelen ontvlucht en konden toch nog een week genieten van ons Frankrijk en in dit geval Tournus voor een avond en ochtend. Abdij St. Philibert is zeer imposant met een heel oude crypte en het 1000-jarig kerkje St. Valérien herbergt een kunstgalerie. In het Hôtel Dieu is een museum gewijd aan de schilder Greuze. Als Bourgondiër kom je ook hier bijzonder goed aan je trekken in de vele goede restaurants.

Vanuit Tournus rijden we rechts over de landkaart naar Louhans in het westen van 71. De beroemde pluimveemarkt is hier een moetje in dit schitterende stadje met de langste bijzondere straat van France met 157 booggewelven. De St. Pierre kerk heeft zo’n opvallend glimmend gevernist dak.

In het noorden ligt Pierre-de Bresse en hier bezoeken wij het fraaie17^e-eeuwse château, voordat we weer afbuigen naar de Saône, waar Châlon sur … ligt. Deze stad is bekend om het gezellige plein St. Vincent met de kathedraal en de geweldig mooie vakwerkhuizen. De St. Laurentbrug, die het gelijknamige eiland in de Saône verbindt en wordt geflankeerd door vier obelisken is ook zeker een foto waard.

Als dessert bezoeken we nog wat hoogtepunten in het midden van dit departement. Mont St. Vincent is zo’n piek en met z’n ruim 600 meter hoogte geeft dat uiteraard weer een prachtig panorama. Tussen hier en Tournus liggen de plaatsjes Cormatin, Chapaize en Brancion, waar wij maar geen genoeg krijgen van de kastelen en ook niet van een oude priorij in Chapaize!